Je kent dat vast wel; zo’n dag dat alles tegen zit. En dat dan ook werkelijk alles fout gaat. Heet dat niet Murphy’s law of zo? Nou, die mijnheer Murphy hebben wij genoeg gezien afgelopen zondag. Het begon al met de afmelding van Emile die helaas door griep was geveld. En wij hadden ons er juist zo op verheugd om samen de endurance te rijden. Maar goed, voor mij een ultieme kans om veel kilometers te maken. De dag begon goed; het was prachtig weer en team MX5 winkel was in volle omvang aanwezig. Na een kop koffie van Janneke zonder zelfgebakken muffin, want dat is slecht voor de lijn de vrije training rijden. Goed opletten want wij reden met nieuwe remblokken. Lekker achter Maciej aangereden en geprobeerd in een flow te komen. Dat lukt door al het verkeer om de baan niet zo goed, maar wat geeft dat. Het was maar een vrije training.
De kwalificatie verliep best goed. Ik had de ambitie om in de top 20 te staan en met een 26e startplaats was ik redelijk tevreden. Slechts 4 tiende van de nummer 20 verwijderd, dus volop kans voor progressie in de race. Niels zette de nummer 8 op nummer 13. Wij hadden beter moeten weten dat dit een voorbode zou zijn. De eerste race startte vlot na de kwalificatie. Helaas verprutse ik mijn start door verkeerd te schakelen – dat gebeurt mij wel vaker – en kon ik opnieuw beginnen met mijn opmars. Dat ging goed en ik reed prima tijden in de 2.11 en liep rap in op mijn concurrenten. Helaas slipte nummer 21 in het Scheivlak en kon ik maar net omheen rijden. Mijn linker achterband kwam ik het grint, ik verloor grip en weg was de auto. Na een slip aan de rechter zijde tegen de vangrail terecht gekomen en stuurstang gebroken. Weg opmars en weg race. Niels eindigde met nummer 8 op een nette tiende plaats, maar kreeg 30 strafseconden vanwege een bruuske inhaalactie. En dat was nog maar de eerste race.
De tweede race moest ik achteraan starten. Reinder had weer een hurazenstukje geleverd door de auto tussen race 1 en 2 weer op te lappen. Achteraan starten zonder het licht te kunnen zien is altijd naadje. Je kunt pas wegrijden als de rest beweegt. Weer geen goede start en proberen vanuit de achterhoede naar voren te komen, Dat is toch best lastig in een competitieve klasse en ik mis de race ervaring om echt goed te kunnen inhalen. In de laatste ronde een iets te enthousiaste inhaalactie en te weinig ruimte van mijn tegenstander waardoor er weer contact was. Potverdorie, zou het dan echt zo’n dag worden? Maciej kwam niet verder dan een 12e plaats omdat hij door de straftijd van Niels als 26e moest starten.
Maar goed, wij hadden de endurance nog. Eerst even ‘droog’ oefenen op een snelle wissel en afspraken maken met Reinder wanneer hij ons zou binnen halen. Alles natuurlijk keurig binnen de daarvoor bestemde window. Met een volle tank en deze keer met een prima start waren wij onderweg. Ik kon de groep voor mij prima volgen en haakte lekker aan. De race was nog lang dus banden en remmen sparen in het begin. Maciej zou de eerste stint rijden in nummer 8 en de tweede stint in nummer 10, dus wij hadden alle kans op een goede klassering. Na een soepele wissel waarbij Vincent bijna het stoelkussen voor Maciej was vergeten weer op pad. Toch wel gaaf hoor zo’n endurance. Helaas sloeg toen het noodlot echt toe. Maciej was lekker onderweg met nummer 10 totdat hij vol op de auto van Dekker knalde. Ik zal geen uitspraken doen over de schuldvraag, maar de reacties op de social media spreken voor zich. Als een ware held reed Maciej door met zijn gehavende auto en presteerde het zelfs auto’s in te halen. Totdat de temperatuur te hoog opliep en hij de auto langs de kant moest zetten.
Niels reed een stabiele wedstrijd en had uitzicht op een toptien klassering. Helaas bleek na de wedstrijd dat wij waren buiten de pitwindow en daarom wederom met strafseconden werden teruggeworpen. Het resultaat? Slechte scores en onze eerste plek kwijt in het teamkampioenschap. Maar nog veel erger; weer een flinke schade aan de nummer 10. De eerste indicatie van auto dokter Tom was dermate dramatisch dat wij waarschijnlijk geen budget meer hebben om de rest van het seizoen te kunnen rijden. Wat een drama. Daar gaat Spa waar wij ons zo op hadden verheugd. Tenzij er nog een wonder gebeurd was dit ons laatste race van 2015. Wij gaan nog kijken of het lukt de nummer 8 aan de start te krijgen zodat wij kunnen meestrijden voor het teamkampioenschap.
Tsja, en wat moet je dan nog zeggen. Is er dan niets positiefs? Jawel hoor, want wij krijgen veel steun en hulp. Tim van Vooren heeft zelfs zijn auto uitgeleend voor onze sponsordag aanstaande vrijdag, Kijk, dat maakt dan toch weer iets goed. Ik mijn spaarvarken nog maar eens op zijn kop zetten. Misschien komt er nog een oplossing uit. Of ik doe mee met de Staatsloterij; na alle pech moeten wij toch een keer geluk hebben?